Mijn aandoening als dreigende stoel
- Marianne Nijnuis

- 14 okt
- 2 minuten om te lezen

Met mijn coach kom ik steeds verder. Maar ƩƩn heel belangrijk onderwerp had ik listig voor me uitgeschoven. Het verwerken van mijn aandoening. Of beter gezegd, het verwerken dƔt ik deze aandoening nu eenmaal heb, en wat dit allemaal voor me betekent en betekend heeft.
Ā
Ik moest eerder al een brief schrijven aan mijn aandoening. Dat voelde een beetje vreemd en het lukte me niet goed om er gevoel in te leggen. De brief werd cynisch en afstandelijk. Precies waar ik mijn aandoening graag houd: op veilige afstand.
Ā
Dus toen ik de afgelopen keer bij mijn coach was, zei ze: āik heb iets bedacht om een kleine stap in de verwerking te zettenā. Ze pakte een stoel en zette die vlak voor me neer. āDit is jouw aandoening.ā
Ik schrok me een hoedje (om mezelf netjes uit te drukken) en vroeg of dat ding alsjeblieft een beetje verder weg mocht. Ja, nog wat verder. En misschien nog wat opzij. Met mijn hand langs mijn gezicht kon ik er af en toe een blik op werpen. Wat een griezel!Ā
Terwijl we spraken over wat de aandoening voor mij allemaal betekent in het dagelijks leven ā de rustmomenten, het eten, de braces, mijn aangepaste schoenen en daardoor mijn kleding, enzovoort, enzovoort) - zag ik dat de aandoening zich een beetje begon te schamen.
Ā
āDurf je erop te gaan zitten?ā vroeg mijn coach.
āNo way,ā zei ik. Dus niet.
Ā
We gingen twintig jaar terug in de tijd. Naar het moment waarop ik me pijnlijk realiseerde dat ik mijn opleiding nooit zou kunnen afmaken. Ik werkte toen als arts in opleiding tot revalidatiearts en ik combineerde dat met een promotietraject. Mijn absolute droombaan. En toen werd ik ziek. Sporten lukte me niet meer, lopen was moeilijk, mijn gewrichten deden pijn.
Op een feestje van alle arts-assistenten kwam ik aan met een geleende rolstoel van de sportafdeling. Best dapper eigenlijk. Mijn collegaās die snel oud-collegaās zouden worden reageerden heel lief.
Ik keek ze aan en wist: ik hoor er niet meer bij.
Ā
Een huilbui van jewelste volgde.
Stap ƩƩn.
Ā
āIk denk dat ik er nu wel overheen kan stappen,ā zei ik dapper. En ik stapte letterlijk op de stoel en gaf er een flinke schop tegenaan met mijn orthopedische schoen. Sindsdien voel ik me lichter en minder moe.
Ā
Binnenkort ga ik verder met de coach. De stoel die ik al die jaren als brandende last achter me aan heb gesleept, moet een vederlicht pakketje worden dat ik voortaan mee kan nemen in een charmant rugzakje. Ā






Opmerkingen